maandag 6 juni 2016

initiatie

fijne zwarte gladde zijde voor mijn gesloten ogen

ik zie mijn moeder

zij is stervend

glimlacht ze
of
lacht ze me uit

krakende onwezenlijke geluiden

mijn hoofd is leeg
ik weet niet waar, wie, waarom
ik besef zelfs niet meer of

ik draai rond
struikel

word opgevangen
chaotisch lawaai

ik vat de oorsprong niet
mijn wereld tolt

zou ik ronddraaien in het heelal
welk heelal?
van wie?
mijn heelal?

ben ik een planeet tussen talloze andere planeten ?
word ik stilaan gek
wie ondersteunt mij?
want ik struikel
val
mijn adem stokt
ik lijk te stikken

die vervloekte fijne gladde zwarte zijde voor mijn gesloten ogen
al dat lawaai
dat van nergens
en van overal komt
luid
te luid
vaag geroezemoes
van waar
links, rechts,voor, achter mij

algehele verdwazing


knellingen rond mijn middel
gevangen in mijn hoofd
stekende pijn
kwelling

ik kan heden niet meer scheiden van verleden
ik zie geen toekomst
ik wankel
ik struikel

wie vangt mij op
ik denk plots aan water
aan hellevuur

ik hoor stemmen
begrijp de woorden niet

woorden
te veel woorden
enkel klank
soms vriendelijk
soms afstotend
ranzige smaak in mijn mond

ik draai rond als een tol
geen enkel houvast

moederschoot
vruchtwater
zeegeruis
golven?
striemende wind
gek!

die fijne zwarte gladde zijde voor mijn open ogen
krijgt een kleur

welke kleur

ik herken ze niet
een spectrum van kleuren misschien

waarom hoor ik Mozart?
waarom word ik rustig?

die fijne zwarte gladde zijde voor mijn open ogen is wit geworden

ik zie nog steeds
mijn moeder
ze lacht naar mij
en weent